Algemene opzet van Stichting Athanasia
Algemene opzet van Stichting Athanasia



De thema's waar Stichting Athanasia zich primair op richt, zijn een persoonlijk overleven na de dood en de evolutie van de persoonlijke ziel. Onder 'persoonlijke ziel' verstaan we een persoonlijk subject (ervaarder) + zijn geestelijke processen en geheugeninhouden. Dit concept is van centraal belang voor al het onderzoek van Stichting Athanasia. We vermijden woorden als ziel of geest niet, omdat ze naast in specifieke theologische betekenissen, ook in de rationalistische filosofie gebruikt worden.

Onderzoek hiernaar wordt gedragen door onderbouwde filosofische vooronderstellingen, en door een rationele evaluatie van het empirisch bewijsmateriaal dat tot nu toe op dit gebied verzameld is.

Tot de filosofische vooronderstellingen die Athanasia nader probeert te onderbouwen behoren onder meer personalistische en interactionistische posities in debatten over:

- De verhouding tussen lichaam en geest, oftewel brein en bewustzijn
- Wat voor een soorten causale interactie zijn er tussen de geest en de fysieke werkelijkheid?
- Persoonlijke identiteit
- Bewustzijn bij dieren: zijn dieren subjecten of bio-robots?

Zij kan ook aandacht besteden aan relevante debatten in de godsdienstfilosofie (let wel: zonder verbonden te zijn aan een bepaalde religieuze stroming), natuurfilosofie of filosofie van de biologie. Daarbij kun je denken aan vragen als "Bestaat er een schepper achter de werkelijkheid?", "Waardoor kenmerkt zich deze fysieke wereld?" of "Is alle levende materie bezield?"

Bij het thema persoonlijk overleven na de dood zijn er allerlei subthema's zoals:

- Bewustzijn na de dood
- Kenmerken van een spirituele werkelijkheid na de dood
- De psychologie van overledenen
- Communicatie met overledenen
- Verschijningen van overleden mensen of dieren
- Plaatsgebonden poltergeist in verband met overledenen

Bij het thema evolutie van de persoonlijke ziel horen subthema's zoals:

- Persoonlijke reincarnatie
- Spirituele preexistentie
- Factoren bij herinnering en vergetelheid rond vorige levens
- De kindertijd als een periode van functioneel herstel na reincarnatie
- Psychologische ontwikkeling over meer dan een leven
- Mentale evolutie in het dierenrijk: geestelijke vermogens en de subjectieve beleving van dieren

Uitgaande van de anti-materialistische vooronderstelling dat een persoon niet samenvalt met zijn of haar lichaam, staat Athanasia ook nog stil bij empirisch onderzoek naar o.a.:

- Fijnstoffelijkheid (waarneming van aura's en uittredingen, met name door jonge kinderen) als mogelijk verbindend element tussen de persoonlijke geest of ziel en het fysieke lichaam
- Lichaam en geest: op welke manieren beinvloeden ze elkaar?
- Tweelingen en parapsychologie: PSI, reincarnatie en spirituele matching; alternatieven voor een eenzijdig fysicalistische interpretatie van psychologische overeenkomsten.
- De geest is niet identiek aan het brein: anomalieen binnen de neuropsychologie die niet bevredigend materialistisch te duiden zijn
- Opmerkelijke gevallen op het gebied van PSI (ESP en PK) en mogelijke paragnosten of andere mensen met een bijzondere paranormale gave.
- Algemene parapsychologie van dieren, bijvoorbeeld telepathisch contact met huisdieren, het voorvoelen van rampen (zonder dat er fysieke signalen zijn) door wilde dieren, etc.

Bovendien bezint Athanasia zich op de mogelijke implicaties van haar onderzoek voor o.a.:

- De algemene psychologie van mens en dier
- De filosofische waardenleer
- De ethiek
- De zin van het aardse leven


Vrijheid van onderzoekers binnen Athanasia
Onderzoekers die zich bij Athanasia aansluiten, houden te allen tijde het recht om posities te verdedigen die indruisen tegen het algemene kader van de stichting, maar dit moet dan wel op persoonlijke titel gebeuren. Stichting Athanasia is wat dit betreft misschien nog het beste te vergelijken met een vakgroep aan een universiteit of met een instituut. Men verbindt zich in principe aan de stichting omdat er overeenkomsten in visie zijn die samenwerking vruchtbaar kunnen maken.
Binnen Athanasia is trouwens zeker ruimte voor debat en verschillen van inschatting. Veel posities kunnen bijvoorbeeld op meer dan een manier worden uitgewerkt en de ontologische uitgangspunten van Athanasia zijn zowel verenigbaar met vormen van personalistisch dualisme als met personalistisch idealisme. Ook de evaluatie van een specifiek empirisch onderzoek kan bijvoorbeeld per onderzoeker verschillen.

Is Athanasia een spiritistische stichting?
Stichting Athanasia is om twee redenen geen spiritistische stichting. Allereerst zijn spiritistische bewegingen doorgaans ook religieuze bewegingen, terwijl het onderzoek van Athanasia wel verband kan houden met spirituele inzichten, maar zonder dat zij zelf een religieuze stroming vertegenwoordigt. Ten tweede omvat het onderzoek van Athanasia weliswaar het thema 'communicatie met overledenen' maar daarbij wordt geen bijzondere nadruk gelegd op spiritistische seances. Spiritistische communicatie is slechts een van de vormen van contact met overledenen die Athanasia bestudeert, en de stichting zal zelf ook niet gauw een seance organiseren.
De term spiritistisch kan in principe echter ook verwijzen naar een theorie dat er leven na de dood is. In die beperktere betekenis, waarin het woord overigens nauwelijks meer gebruikt wordt, is Athanasia natuurlijk wel spiritistisch georienteerd.

Is het dan niet evident dat er geen leven na de dood is?
Veel westerse intellectuelen vinden het duidelijk dat er geen leven na de dood kan zijn. De mens zou een onverbrekelijke eenheid van lichaam en geest zijn en daardoor zou het ondenkbaar zijn dat de persoonlijke geest er na de dood nog steeds is. Men vindt dit een nuchter, rationeel mensbeeld dat eigenlijk iedereen zou moeten hebben die geen conventionele religie aanhangt. Zelfs een aantal christelijke theologen denkt dat je als ontwikkelde westerling tegenwoordig niet meer met goed fatsoen in een hiernamaals kunt geloven.
Als je beweert dat er juist rationele filosofische en wetenschappelijke argumenten zijn voor een leven na de dood en persoonlijke evolutie, plaatsen velen je dan ook al snel in de zweverige, pseudowetenschappelijke hoek. Skeptici pogen (soms respectvol, maar vaker respectloos) aan te tonen dat een spiritueel mensbeeld onverenigbaar is met rationeel denken en ze proberen de waarde van bewijsmateriaal dat hier tegenin zou gaan consequent te ontkrachten.
Stichting Athanasia is het uiteraard niet eens met deze visie. Het materialisme (zowel in zijn reductionistische als holistische varianten) is gebaseerd op onhoudbare filosofische vooronderstellingen en het is hoog tijd om daar tegenwicht tegen te bieden. Helaas zijn veel rationalisten en wetenschappers materialistisch georienteerd, maar dat is helemaal geen argument voor het materialisme. In die zin is onderzoek naar leven na de dood en persoonlijke evolutie zelfs direct verbonden aan een herstel van de ware rationaliteit die zich niet gedachtenloos conformeert aan het vigerende materialistische wereldbeeld.

Hoe kunnen we nu weten of er een leven na de dood is?
Sommigen erkennen weliswaar de logische mogelijkheid van een persoonlijk overleven na de dood, maar ze stellen tegelijkertijd dat vraagstukken op dit gebied niet beantwoord kunnen worden door stervelingen. Ze verlangen absolute zekerheid - in plaats van een hoge graad van aannemelijkheid - en doen alsof er daarnaast alleen absolute onwetendheid mogelijk is. Athanasia stelt echter dat het voldoende is als een theorie van een overleven na de dood sterker staat dan de theorie dat het na de dood helemaal afgelopen is. Er is veel empirisch bewijsmateriaal dat rationeel gezien onverklaarbaar lijkt als er geen leven na de dood is. Alternatieve parapsychologische theorieen zoals de zogeheten Super-PSI theorie die stelt dat alle aanwijzingen voor een leven na de dood verklaard moeten worden door ESP of PK van levenden, kunnen bepaalde feiten naar alle waarschijnlijkheid niet of onvoldoende verdisconteren. Er is zo dus ook geen patstelling tussen beide kampen wat Athanasia betreft. Er spreekt in onze visie (zowel empirisch als ontologisch) duidelijk meer voor dan tegen de realiteit van een persoonlijk overleven na de dood. (Ook op een filosofisch niveau pleit er overigens al meer voor het voortbestaan van het persoonlijke subject dan ertegen, ook al betreft dit alleen het naakte feit van het overleven zelf.)
Wetenschappelijk bewijsmateriaal op dit gebied kun je beschouwen als een weerlegging (falsificatie) van de materialistische theorieen op dit gebied. De basale theorie van een persoonlijk leven na de dood en persoonlijke evolutie is daarbij zelf overigens ook weer falsifieerbaar. Ze is namelijk weerlegbaar door nog ingewikkeldere theorieen, die naast persoonlijk overleven en persoonlijke evolutie nog complexere factoren invoeren.

Exacte wetenschappers kunnen moeite hebben met onderzoek naar een leven na de dood (en andere vormen van naturalistisch parapsychologisch onderzoek), omdat ze gewend zijn dat verschijnselen onder gecontroleerde omstandigheden opgewekt kunnen worden in een laboratorium en dat alle eigenschappen daarbij ook meetbaar zijn. Het is echter niet staande te houden dat alleen experimentele exacte wetenschap het predicaat wetenschappelijk verdient, en de rest neer zou komen op pseudowetenschap. Dat zou dan namelijk moeten gelden voor een heel groot deel van de biologie, geologie, psychologie, sociale en culturele wetenschappen en voor de geesteswetenschappen. Onder wetenschap verstaan wijzelf o.a. het serieus nemen van empirische feiten en het verklaren daarvan door middel van corrigeerbare hypothesen. Wetenschappelijk onderzoek hoeft dus niet experimenteel te zijn en kan zich ook richten op zaken die door hun aard alleen indirect te bestuderen zijn. Zie ook deze belangrijke paper van Mary Rose Barrington.

Skepsis
Het Griekse woord scepis heeft tegenwoordig een totaal andere betekenis dan zoals het in de oudheid werd gebruikt. De skeptikoi van zo'n 2500 jaar geleden twijfelden letterlijk overal aan, terwijl veel sceptici van tegenwoordig eigenlijk alleen twijfelen aan feiten die onverenigbaar zijn met hun materialistische wereldbeeld. Ze zien het als hun taak om afwijkende visies actief te bestrijden en bijvoorbeeld aan te tonen dat parapsychologie en andere grensgebieden van de wetenschap uitsluitend hersenschimmen najagen.
Sceptici in deze betekenis noemen zichzelf trouwens vaak skeptici en deze spelling wordt daarom ook vaak door parapsychologen gebruikt.
Stichting Athanasia is in het verleden meermalen het debat aangegaan met skeptici, zie: Skepsis-watchers. Hieruit concludeert zij dat het weliswaar zin heeft om dogmatische, irrationele skepsis grondig aan de kaak te stellen, maar in de meeste gevallen niet om te trachten skeptici te overtuigen. Veel skeptici zijn bovendien erg onbeleefd en hautain en spelen op de man (of vrouw), zodat een discussie met hen meestal geen groot genoegen betekent. Een interessante Engelstalige zustersite van Skepsis-watchers is Skeptical Investigations. Grappig genoeg is deze site 'skeptisch' over skeptici.

Fysieke onsterfelijkheid?
De projecten van Stichting Athanasia houden totaal geen verband met het onderzoek of streven naar fysieke onsterfelijkheid. Athanasia vat dit concept daarom ook niet op als concurrent voor geestelijk overleven na de dood, maar domweg als irrelevant voor haar onderzoek. Het is overigens denkbaar dat de dood na de verwachte kunstmatige, steeds toenemende verlenging van het fysieke leven op den duur bijna alleen nog overblijft als bewuste overgang naar een verdere evolutie in een geestelijke wereld. Maar voorlopig is dit vraagstuk niet aan de orde.

Methodische beperkingen
Athanasia houdt zich uitsluitend bezig met empirisch onderzoek en rationele filosofische analyse. Ze maakt dus geen gebruik van uitspraken van gechannelde entiteiten, heilige boeken, goeroes of geestelijke meesters. Ook astrologie of andere occulte wetenschappen maken geen deel uit van het methodisch arsenaal van Stichting Athanasia. Overigens betekent dit helemaal niet dat we geen respect zouden hebben voor genoemde fenomenen of dat ze geen rol kunnen spelen in het leven van onze medewerkers. Wel gaat Athanasia er vanuit dat haar medewerkers zolang zij aan de stichting verbonden zijn geen link leggen tussen haar onderzoek en theorievorming en extreem-rechtse of racistische ideologieen of samenzweringstheorieen. De algemene 'sfeer' binnen Athanasia is mede gezien de achtergronden van haar oprichters eerder sociaal, egalitair en kosmopolitisch dan conservatief, aristocratisch of etnocentrisch en de stichting wil op geen enkele manier worden besmet of geassocieerd met duistere stromingen.

Samenwerking met anderen
In principe staat Athanasia open voor samenwerking met iedereen die een open kritische houding aanneemt op haar terreinen. Dit kan gaan om individuele onderzoekers en denkers, maar ook om verenigingen, stichtingen en instituten. Op dit niveau is er onder meer samenwerking met het Parapsychologisch Instituut, Stichting Merkawah, Stichting Spirituele Ontwikkeling, en het WENT (van www.entiteiten.net).


Verbreiding van informatie
Stichting Athanasia is geen besloten club, maar zij wil haar bevindingen, overwegingen en inzichten zoveel mogelijk delen met iedereen die zich ervoor interesseert. Dit gebeurt door lezingen, interviews en een cursus (bij de NHA) en vooral ook door middel van publicaties (artikelen en columns). Athanasia wil serieuze bijdragen leveren tot ontwikkelingen op wetenschappelijk en wijsgerig gebied door naast boeken ook artikelen te schrijven voor met name parapsychologische, filosofische, levensbeschouwelijke en psychologische vaktijdschriften, zoals bijvoorbeeld Tijdschrift voor Parapsychologie, Journal of Scientific Exploration, Prana, de Terugkeer (Stichting Merkawah), Journal of Non-Locality and Remote Mental Interactions, Journal of the Society for Psychical Research of Journal of Religion and Psychical Research. Daarnaast vindt zij het ook erg belangrijk om mee te werken aan breed georienteerde bladen zoals Paraview en ParaVisie (met name in de vorm van de column Zielenreis van drs. Titus Rivas), en daarmee een zo groot mogelijk publiek te bereiken. Dit laatste wil uiteraard niet zeggen dat Athanasia ooit concessies doet wat betreft de inhoudelijke kwaliteit van haar artikelen.
Athanasia is daarbij niet uit op het koste wat kost 'bekeren' van andersdenkenden, maar ze bejegent hen op dezelfde volwassen, respectvolle manier waarop zij zelf verwacht benaderd te worden. Argumenten en bewijsmateriaal dienen de doorslag te geven, en een ieder blijft uiteraard te allen tijde vrij om daar zijn of haar eigen conclusies uit te trekken.

Doorverwijzing
Athanasia is een stichting gericht op het vergaren en uitdragen van belangrijke kennis. Als zodanig heeft de stichting niet de pretentie hulp te bieden bij allerlei psychologische of sociale problemen op haar vakgebieden. Er zijn echter wel hulpverleners aangesloten bij Athanasia, zoals Drs. Andre Rozendaal, naar wie doorverwezen kan worden. Ook zijn er organisaties als Stichting Merkawah die zich bereid hebben verklaard indien nodig hulp en steun te bieden aan mensen uit hun doelgroep.


Contact

Naar de homepage