Lezing voor Naderend Vuur d.d. 19 oktober 2005 in Cultuurcentrum Griffioen

Spiritualiteit, Vrijheid en Engagement


Goedenavond dames en heren!



Ik ben blij dat u vanavond gekomen bent. Zoals aangekondigd, zal ik zo dadelijk een lezing gaan geven over het thema spiritualiteit, vrijheid en engagement. Dit onderwerp is tegelijk het thema van een bundel essays en interviews die psycholoog drs. Bert Stoop en ikzelf hebben samengesteld. In zekere zin kun je mijn lezing opvatten als een boekpresentatie, maar dan wel zonder dat het boek ook al fysiek af is. Een leuk detail is nog dat de organisator van de reeks Naderend Vuur, Sander van Ankeren, zelf ook heeft deelgenomen aan ons boek in de vorm van een interview bij hem thuis. Na de pauze zal hij misschien zelf nog wel nader ingaan op zijn opvattingen, maar dat laat ik aan hem over.

Eerst maar eens even wat over mezelf. Ik ben dus drs. Titus Rivas, filosoof en psycholoog en ik word vanavond, zoals wel vaker, vergezeld door mijn trouwe hond Takkie. Ik ben verbonden aan Stichting Athanasia voor parapsychologisch en filosofisch onderzoek naar leven na de dood en de evolutie van de persoonlijke ziel. Ook ben ik werkzaam als docent, columnist en schrijver van artikelen en boeken, over onder andere parapsychologie, systematische filosofie en - onder andere als veganist - dierethiek. Mijn politieke oriëntatie is links, dat wil zeggen libertair links en ik voel me wat Nederlandse politiek betreft het meest verwant aan Groen Links, de Socialistische Partij en de Partij voor de Dieren. Ik voel me zowel ethisch als politiek betrokken, wat ik onder meer heb geuit door artikelen van mij in het blad van de Nederlandse Vereniging voor Veganisme en verder op de websites Animal Freedom, Tegenwicht en mijn eigen site Kritisch. In deze hoedanigheid heb ik ook mijn compagnon en goede vriend Bert Stoop, webmaster van Animal Freedom, ontmoet en wij zijn inmiddels al menig gezamenlijk schrijfproject met elkaar aangegaan.

Dit is overigens niet de eerste keer dat ik een lezing geef voor Naderend Vuur, want vorig jaar heb ik al een keer een lezing gegeven over het onderwerp geestverschijningen, beschouwd vanuit een psychiatrisch, psychologisch en parapsychologisch perspectief.

Zo kom ik nu dan toe aan het onderwerp van deze avond. Spiritualiteit, vrijheid en engagement zijn begrippen die lang niet door iedereen met elkaar in verband worden gebracht. Als dat wel zo is, dan gebeurt het bovendien lang niet altijd op een positieve manier.

Spiritualiteit zou volgens sommigen vaak neerkomen op knechting, dus juist het tegendeel van vrijheid. Je kunt dan denken aan een gesloten, dogmatische leer die een religieuze of esoterische stroming aan gelovigen zou opleggen en die ertoe zou leiden dat ze ophouden zelfstandig na te denken. Een bekend voorbeeld is de Heilige Drie-eenheid (Vader, Zoon en Heilige Geest): als je die letterlijk opvat, lijkt er weinig reden te zijn om er echt in te geloven. Hoe kan één God immers bestaan uit drie afzonderlijke personen? In de middeleeuwse filosofie vormde dit een bekend vraagstuk en sommigen zwoeren zelfs het redelijk denken af als het leek te botsen met de dogma's van de Kerk.
Een ander voorbeeld is de afwijzing onder conservatieve christenen van de biologische evolutie van soorten. Zij achten het een dwaling als je theorieën opstelt die strijdig zijn met de letter van de Bijbel. Overigens is het opvallend dat ze tegenwoordig doorgaans wel geloven dat de aarde om de zon draait, terwijl dat vroeger toch ook een twistpunt was.

Naast intellectuele vrijheid en persvrijheid, zijn er de minstens zo belangrijke sociale vrijheid en vrijheid van handelen. Sommige religieuze stromingen vinden het bijvoorbeeld nodig om hun volgelingen helemaal voor te schrijven hoe ze hun privéleven moeten leiden, ze kijken als het ware mee in de huiskamer, keuken en slaapkamer. Dat kan veel verder gaan dan vrijblijvende adviezen of richtlijnen en gekoppeld zijn aan sancties wanneer een gelovige zich niet aan bepaalde strenge leefregels houdt. Extreme voorbeelden zijn religieuze intolerantie tegenover seksuele minderheden en een afwijzing van de emancipatie van vrouwen.

Ook het verband tussen spiritualiteit en engagement lijkt volgens sommigen ver te zoeken. Kerkgenootschappen kunnen bijvoorbeeld pal achter een heersende klasse gaan staan of een onrechtvaardige oorlog of bloederige jachtpartij zegenen, en een partij als het CDA is, volgens Bert de Vries en andere prominente partijleden, tegenwoordig nou niet direct het toonbeeld van sociale betrokkenheid. Van oudsher kent men in dit verband natuurlijk het begrip schijnheiligheid: het met de mond belijden van hooggestemde normen en waarden die men zelf met voeten treedt.

Al-Qaeda zegt de moslimwereld te willen bevrijden van westers imperialisme, maar de wijze waarop men dat doet, laat zien dat de beweging weinig oog heeft voor het lot van individuele medemensen. Het kastensysteem is een instituut dat gelegitimeerd werd door bepaalde hindoeïstische interpretaties van de noties van reïncarnatie en karma.
En ga zo nog maar een hele tijd door.

Algemener zouden religie en spiritualiteit escapistische middelen vormen om zich aan een onrechtvaardige sociale werkelijkheid te kunnen onttrekken.

Toen ik binnen mijn eigen vriendenkring navraag deed naar hun opvattingen over het verband tussen spiritualiteit, vrijheid en engagement, bleek een aantal van hen dan ook eerder een uitgesproken negatief dan een positief verband te leggen.
Nu kun je spiritualiteit natuurlijk zo gaan herdefinieren dat het intrinsiek, uit zichzelf al eigenschappen als solidariteit, vrijheid, tolerantie of betrokkenheid insluit. Binnen ons boek zien we dat in ieder geval bij de student SPH en columnist Ludovicus Koelemij. Ludovicus definieert spiritualiteit als handelen met 'gevoel', zonder vooroordelen en terwijl je iedereen in zijn waarde laat. De woorden: 'hoop, liefde en geluk' staan daarbij centraal. Hij gaat in zijn bespreking van spiritualiteit vooral in op tolerantie en acceptatie van de ander zoals hij of zij is. Mensen mogen van Ludovicus zichzelf zijn ook als ze afwijken van wat hij zelf normaal zou vinden. Hij probeert steeds het 'pure' in ieder mens te zien en iemand indien nodig te vergeven. In zijn persoonlijke leven komt dit onder andere tot uiting in projecten ter bestrijding van het pesten op scholen.
Hierin hangen het fenomeen spiritualiteit, zoals hij dat opvat, en de principes van vrijheid en engagement dus sterk met elkaar samen.

Toch zien we dat spiritualiteit in de algemenere zin van een spiritueel wereldbeeld of levensgevoel of een spirituele beleving, ook voor kan komen bij reactionaire, ultrarechtse of zelfs fascistische groeperingen die vijandig staan tegenover vrijheid en minachting tonen voor solidariteit. We kunnen bijvoorbeeld niet staande houden dat een aanhanger van een terroristische groepering per definitie geen spirituele gevoelens in deze algemenere zin zou hebben. Doorvoelde en doorleefde spiritualiteit in de algemene betekenis van dat woord is juist een krachtige motor die tot actie aanzet.
Het wordt daarmee dus de vraag hoe spiritualiteit in het algemeen een rechtvaardige, menslievende, diervriendelijke en milieuvriendelijke realiteit kan bevorderen.

Bert Stoop en ik hebben tientallen mensen benaderd met deze vraagstelling en er ook zelf onze eigen persoonlijke antwoorden op geformuleerd. Meer dan 20 respondenten besloten aan ons project mee te werken in de vorm van een interview of een eigen artikel. Een van de dingen die mij persoonlijk zijn opgevallen is hoeveel verschillende concrete antwoorden er op onze vraagstelling zijn geformuleerd. Ik zal in deze lezing kort stilstaan bij enkele terugkerende patronen die men eventueel uit de antwoorden zou kunnen distilleren. Daarbij wil ik wel benadrukken dat dit slechts mijn poging vormt en dat ik vooral iedereen wil aanraden om ons boek te lezen om zo zelf kennis te nemen van het rijke scala aan antwoorden!

Wat in ieder geval direct duidelijk wordt uit de bijdragen is dat een groot aantal denkers, auteurs en mensen met een maatschappelijk engagement geen enkele innerlijke tegenstelling ziet tussen een spiritueel wereldbeeld of levensgevoel en een omarming van de idealen van vrijheid en engagement. Zij zien juist een inherent verband tussen de concrete variant of varianten van spiritualiteit die zijzelf bespreken en genoemde idealen.

Een eerste rode draad die ik zelf in de bijdragen meen te kunnen bespeuren is dat er goede redenen kunnen zijn om überhaupt positieve aandacht te willen besteden aan spiritualiteit. Je kunt dan bijvoorbeeld denken aan het gegeven dat godsdienst en alternatieve spirituele bewegingen ook in het Westen nog steeds een grote rol spelen in het leven van mensen. Ondanks het krachtig beleden materialisme van het grootste deel van de reguliere wetenschap, zijn de meeste westerlingen nog steeds niet geneigd of bereid om een materialistisch wereldbeeld volledig te aanvaarden.

Maar nog belangrijker is het dat bijna al onze deelnemers aangeven dat ze goede redenen zien om zelf een of ander spiritueel wereldbeeld aan te hangen. Het kan daarbij gaan om spirituele of mystieke ervaringen die passen in religieuze kaders van bijvoorbeeld het christendom, de islam, het hindoeïsme, het boeddhisme of de Baha'i-beweging. Ook zogeheten paranormale ervaringen, zoals die bestudeerd worden door de parapsychologie, kunnen een rol spelen, zoals eigen uittredingen of bijnadoodervaringen of serieus reïncarnatieonderzoek naar mogelijke vorige levens. De meeste deelnemers aan ons boek vinden dat dit soort ervaringen het op zijn minst aannemelijk maken dat er meer is dan alleen de tastbare en natuurwetenschappelijk meetbare fysieke wereld. En dat het dus ook redelijk is om rekening te houden met een reële spirituele zijnsdimensie die niet weg te redeneren valt als een projectie van angsten of fantasieën.

Geen van de betrokkenen hangt 'zomaar', omdat het zo hoort, een bepaald geloof of overtuiging aan, maar er is altijd sprake van goede persoonlijke redenen om dat te doen, en anders in ieder geval om open te staan voor spiritualiteit, al dan niet vanuit een soort welwillend agnosticisme. Alle deelnemers onderschrijven natuurlijk ook nog de waarde van vrijheid en engagement of solidariteit, vaak vanuit een persoonlijke betrokkenheid bij ethische of maatschappelijke vraagstukken.

Hoe wordt een en ander nu eigenlijk met elkaar verbonden? Er worden hierin verschillende wegen bewandeld.

Allereerst is er de filosofische weg, waarbij je door analyse raakvlakken zoekt en de verschillende verschijnselen allereerst intellectueel met elkaar in verband brengt. Enkele deelnemers aan ons boek hebben voor deze benadering gekozen.
Zelf heb ik bijvoorbeeld het voorstel gedaan om je binnen je spirituele wereldbeeld te concentreren op het lot van het individu (of dit nu een menselijk individu of een individueel dier is), en dan zowel in het hier en nu als in een hiernamaals. Ik heb dat in verband gebracht met de aandacht voor de belangen van het individu in de zogeheten libertaire traditie. Bovendien heb ik dat libertarisme weer gekoppeld aan engagement, een combinatie die je ook kunt vinden in het zogeheten libertaire socialisme dat verwant is aan vormen van anarchisme.
Er bestaat ook een uiterst rechtse vorm van libertarisme van mensen zoals Ayn Rand en die is hier dus duidelijk niet aan de orde.

Klinisch psycholoog, auteur en activist Ton Hendrix heeft weer een eigen benadering die specifiek geënt is op een combinatie van boeddhisme en anarchisme. Door bijvoorbeeld tijdens boeddhistische meditaties te komen tot zelfinzicht en het doorbreken van illusies over jezelf, raak je volgens Ton beter in staat om je eigen leven in de hand te nemen en je maatschappelijke betrokkenheid vorm te geven. Hij is als zodanig bijvoorbeeld ook lid van het International Network of Engaged Buddhists.

In een ander stuk van mijzelf, dat gaat over de verhouding tussen spiritualiteit en je inzetten voor dierenrechten, stel ik dat engagement vooral verenigbaar is met een vorm van spiritualiteit die de realiteit van het lijden in het eigen en andermans leven onderkent en daarin juist een motief zit om dat leed te verminderen. Je kunt op die manier de schoonheid van deze aardse werkelijkheid erkennen, terwijl je toch streeft naar verbeteringen binnen die wereld.

Een stuk van Bert Stoop sluit hier goed bij aan, doordat hij pleit voor het doorbreken van menselijke superioriteitsgevoelens tegenover dieren en verder ook weer voor het onderkennen van lijden in deze aardse werkelijkheid. Een gerichtheid op gelijkheid en eenheid in combinatie met vrijheid en solidariteit voert voor Bert tot rechtvaardigheid en zo ook tot emancipatie. Hij legt een verband met een beschavingsideaal: Door macht en ruimte ook met dieren te delen, door een bescheiden houding van respect, zelfdiscipline, onthechting, en liefdevol gericht zijn op emancipatie oftewel ieders vrijheid, komt er volgens Bert Stoop creatieve energie vrij. En door onze verbondenheid en eenheid met alle levende wezens te accepteren en waar te maken, komt onze beschaving op een hoger plan.

Ten tweede is er wat men de theologische benadering zou kunnen noemen, waarbij men door een bepaalde interpretatie van een specifieke religieuze traditie streeft naar een harmonie tussen spiritualiteit, vrijheid en engagement. Overigens zonder dat dit impliceert dat men zelf een formele theologische scholing heeft genoten.

HBO-er Hicham Karroue ziet bijvoorbeeld een inherent verband tussen zijn persoonlijke opvatting van de islam en waarden zoals verbondenheid tussen de mensen, maar ook tolerantie, geestelijke vrijheid en doorvoelde rechtvaardigheid. Volgens Hicham is de huidige golf van conservatisme in de islam ontstaan als reactie op oorlogen, westers kolonialisme en kapitalisme. Het wordt versterkt doordat de islam steeds weer frontaal wordt aangevallen. Het Westen zou misstanden daarom niet langer moet koppelen aan het islamitische geloof en in het algemeen meer respect en waardering moeten opbrengen voor moslims, zodat mensen vanzelf ook meer ruimte krijgen voor zelfkritiek.

Ook forensisch orthopedagoog, veelzijdig auteur en hulpverlener dr. Frans Gieles heeft het in een van zijn bijdragen over de islam. Hij geeft aan dat men in het Westen vooral vaak te horen krijgt dat de islam gekenmerkt zou worden door wereldsheid, onderdrukking en gevecht, met andere woorden juist door het tegendeel van spiritualiteit, vrijheid en engagement. Dit vormt volgens Frans echter een erg eenzijdig beeld van de islam. Wie in de bronnen duikt en de Koran leest, merkt volgens Frans dat dit soort aspecten hooguit zo'n 2% van de 6234 Koran verzen beslaan. Er zijn ook nog zo'n 6300 verzen die een andere taal spreken. Frans benadrukt dat het Oosten en het Westen elkaar niet moeten bestrijden maar aanvullen om samen op een hoger niveau te komen.

Behandelend psycholoog Eric Fienig benadert onze vraagstelling vanuit de Baha'i-beweging, een monotheïstische godsdienst die zich verhoudt tot de islam, zoals de islam zich tot het christendom verhoudt, namelijk als een volgende religieuze fase in de menselijke ontwikkeling. De Baha'i-traditie kenmerkt zich onder meer door het benadrukken van waarden als ontmoeting en spirituele verbroedering. Eric benadrukt ook het belang van evenwicht tussen de religieuze en wetenschappelijke kant van de mens, oftewel de homo religiosus en homo scientificus. Wetenschap en religie kunnen volgens Eric beschouwd worden als de twee vleugels aan de ene vogel van beschaving.



De academische geschoolde Hari Rambaran, hoofd van een informatie- en adviesbureau, wijdt op zijn beurt uit over de Hindoetraditie. De hindoe zoektocht van de mens om zich te verenigen met het goddelijke, is volgens Hari een oefening in het aankweken van het juist gedrag (volgens dharma) door: toewijding, oprechtheid, deugdzaamheid, zelfbeheersing, uithoudingsvermogen, tevredenheid, vriendelijkheid, zachtmoedigheid, nederigheid in het hart. Iemand die bij krachtsinspanning overhelt naar slechte gewoonten, ruw is in het spreken en het handelen, maakt geen vordering op het pad van zelfrealisatie.
Hari stelt daarbij wel dat verschillen van inzicht over wat het goede leven zou moeten zijn de basis vormt voor een gezonde en levenskrachtige samenleving; een gemeenschap waarin de dialoog niet uit de weg wordt gegaan. Dus net als Frans Gieles en Eric Fienieg benadrukt Haridat het belang van dialoog tussen mensen met een verschillende spirituele achtergrond.

Ari van Buuren, theoloog, en hoofd van de Dienst Geestelijke Verzorging van het UMC te Utrecht, is voorzitter van het URI, United Religious Initiative, voor interreligieuze dialoog. Hij zet in ons boek uiteen hoe die dialoog waar Frans, Haridat en Eric het over hebben, volgens hem het best gevoerd kan worden, met wederzijds respect en zonder het van elkaar te willen 'winnen'.. Daarbij benadrukt Ari het belang van mededogen, en van de bezinning op de eigen spirituele achtergronden en wijst hij op mensen met een meervoudige spirituele identiteit die kunnen fungeren als bruggenbouwers.

Ook binnen de christelijke traditie hebben wij mensen bereid gevonden om deel te nemen aan ons project. Zo wijst de theoloog, docent en pastoraal werker Koos Leemker op de spiritualiteit van Franciscus van Assisi. Het mensbeeld van de katholieke heilige Franciscus wordt gekenmerkt door zijn geloofsovertuiging, dat de mens schepsel van God is en als schepsel onderdeel is van heel de geschapen werkelijkheid. Zijn grondhouding is daarom die van partnerschap, waarbij het streven erop gericht is de waarden van de mens en de waarden van de natuur te integreren. De mens is verbonden met heel de schepping, maar heeft daarbinnen als beeld van God een eigen verantwoordelijkheid. Uit die overtuiging vloeien voor Koos een aantal waarden voort, zoals eerbied en dankbaarheid, broosheid en nederigheid, maar ook solidariteit en soberheid.

Kerkelijk werker en pastor Rob Koelewijn is afkomstig uit de protestants-christelijke traditie. Hij wijst op het fenomeen van de menselijke eenzaamheid die ons kan helpen te groeien naar meer rijpheid en volwassenheid, waardoor we beter in staat zijn om keuzes te maken. Volgens Rob verwijt men het christendom nogal eens dat het een middel is om innerlijke problemen te kunnen ontlopen. Gevoelens van minderwaardigheid worden dan op een soort goddelijk figuur geprojecteerd en daarmee opgeheven. De joodse denker Martin Buber daarentegen stelt dat het werkelijke leven in de ontmoeting plaatsvindt, omdat de mens een relationeel wezen is. Die ontmoeting vindt ook plaats in de religie en deze is niet vrijblijvend voor Rob, omdat de Bijbel een appél op ons doet. De Bijbel roept op om te kiezen voor het hele leven, dus ook de minder plezierige kant ervan. Ook de gerechtigheid is volgens Rob zo niet los te koppelen van de christelijke spiritualiteit.

Theoloog Mario Coolen heeft net als Koos Leemker een rooms-katholieke achtergrond, maar hij heeft zich als pastor participerend verdiept in de leefwijze en cultuur van de Maya's van Guatemala. Tegenwoordig werkt hij trouwens voor de Interkerkelijke Ontwikkelingsorganisatie Solidaridad in Utrecht.
Volgens het eeuwenoude scheppingsverhaal van de Maya's werden de eerste mensen gevormd uit deeg van gele en witte maïs. Mario legt uit dat tot op de dag van vandaag het leven van de Maya's geworteld is in een 'spiritualiteit van de maïs' in talrijke offers en rituelen wordt de innige samenhang onderstreept tussen goede omgang met de aarde, respect voor de gemeenschap en verbondenheid met alles wat bestaat. Sinds kort zijn er Maya's die een deel van hun akker met koffie beplanten; via fair trade slagen zij er in hun product onder gunstige voorwaarden op de markt te brengen en ontvangen zij een eerlijke prijs. Maar ook Maya's die koffie verbouwen behouden de band met de maïs, omdat die hen herinnert aan respect, harmonie en zinvol leven. Mayaboeren die betrokken zijn bij eerlijke handel nodigen producenten in het Noorden uit op zoek te gaan naar een eigen 'spiritualiteit van de gebruiker'. Bijbelse tradities rond een 'economie van het genoeg' wijzen hierbij volgens Mario de weg en er is een verband met de traditie van de katholieke bevrijdingstheologie uit o.a. Latijns-Amerika. Fair trade brengt producent en consument op een waardige wijze tot elkaar. Het gaat hierbij volgens Mario niet alleen om de uitwisseling van hoogwaardige producten, maar ook om wederzijdse verrijking door de ontmoeting met elkaars bronnen van geloof en spiritualiteit.

Sommige deelnemers oriënteren zich minder op de theologie van een hedendaagse godsdienst, en zoeken hun heil eerder bij een esoterische stroming die de binnenkant vormt van een bestaande religie of voortbouwt op oudere tradities. Dr. Frans Gieles schreef naast een stuk over de islam, ook een artikel over Gnosis. Cruciaal in de gnostiek zijn volgens Frans de principes "Zo binnen, zo buiten" en "Zo boven, zo beneden". Dit wil zeggen dat de kosmos zich weerspiegelt in de wereld en in de mens, waarbij onder de kosmos ook de geestelijke en goddelijke wezens begrepen worden. In ieder mens is 'de goddelijke vonk' aanwezig. Tekenend voor de gnostische traditie is ook de opvatting van de kosmos een eenheid vormt, en dat het de opdracht van de mens is om zelf ook een eenheid te worden en tot die grotere eenheid te gaan behoren: het pad van de eenwording, het pad van het heel worden. Gnostiek kan zodoende helend zijn voor onszelf en voor onze samenleving in deze tijd van o.a. materialisme, verdeeldheid, strijd, en eenzijdig gerichte wetenschap. We kunnen zo vrede met onszelf bereiken en gelijktijdig anderen accepteren zoals ze zijn en zo uiteindelijk ook bijdragen aan de vrede.

Initiatiefnemer en organisator van Naderend Vuur, Sander van Ankeren, u allen waarschijnlijk genoegzaam bekend, sluit zich aan bij de beschouwing van Frans Gieles. Hij maakt een onderscheid tussen geloof (uiterlijke spiritualiteit) en religie (een gerichtheid op de goddelijke kern in jezelf). Hij werkt dit verschil tussen geloof en religie uit aan de hand van de huidige regering Balkenende die voor Sander vooral staat voor een benepen calvinisme. Sander is lid van de Socialistische Partij en volgens de gnostische opvattingen van Sander kunnen ook atheïsten als Jan Marijnissen in de praktijk spiritueel zijn en kan rechtse spiritualiteit catastrofaal uitpakken.



Een aantal van onze deelnemers brengt spiritualiteit, vrijheid en engagement niet primair vanuit een filosofische, theologische of esoterische analyse met elkaar in verband, maar wijst vooral op een soort innerlijk verband dat je volgens hen kunt aantreffen in de eigen persoonlijke, spirituele ervaring. Dit innerlijke verband speelt ook een rol in de herdefiniëring van spiritualiteit als intrinsiek verwant aan vrijheid en engagement.

De auteur en voormalig tropenarts en chirurg Dr. Frits van Haeften heeft het daarbij over een speciale wijze van waarnemen, een contemplatieve houding en een openheid van oordeelvorming. Door op zo'n manier te 'schouwen' zoals Frits dat noemt, ontdekken wij onze diepste identiteit en daarin blijkt meer waarheid te zijn dan in de fysieke werkelijkheid. De contemplatieve houding voert tot een ethiek die onze daden zal doortrekken van eerbied en liefde voor de natuur en voor de ander, een liefde die ook het eigen zelf omvat. Echtheid in deze zin is voor Frits het keurmerk van het goede, het ware, het schone, de liefde en de gerechtigheid. Doorleefde en gerealiseerde spiritualiteit biedt zo perspectief op vrijheid, vrede en vreugde.

Autodidact Willem Gobel hecht eraan om alleen van kennis en inzicht uit te gaan die door persoonlijke ervaring ontwikkeld zijn. Door het persoonlijk ervaren van uittredingen uit zijn lichaam en het effect dat zijn eigen paranormaal genezen op anderen heeft, is Willem er van overtuigd geraakt dat er meer is tussen hemel en aarde dan alleen met de vijf zintuigen is waar te nemen. Hij stelt dat er paranormale krachten zijn die aangewend kunnen worden om meer harmonie in de wereld te creëren. Willem verwacht een bewustzijnsverruiming in onze cultuur die uit zal monden in een verbondenheid met en verantwoordelijkheid voor alles wat leeft.

Paranormaal genezers Anny Dirven is algemeen assistente voor Athanasia, een stichting voor parapsychologisch en filosofisch onderzoek, waar ik overigens zelf ook aan verbonden ben als onderzoeker.
Anny was al vanaf haar jeugd paranormaal begaafd en ze is actief betrokken bij het bestuderen van paranormale ervaringen van anderen. Spiritualiteit betekent voor Anny een innerlijk onderzoek naar jezelf. Het komt zo ook neer op een bron van innerlijke vrijheid (jezelf kunnen zijn) en van rust onder moeilijke omstandigheden Van daaruit leid je een zinrijk leven en je draagt dat ook uit naar anderen. Spiritualiteit heeft voor Anny vooral ook te maken met iedereen in zijn waarde laten. Ze wil het goede in ieder mens zien en niemand veroordelen. Zij vindt de huidige maatschappij veel te hard en te weinig sociaal. Als iedereen dat principe van een ieder in zijn waarde laten hanteerde waren er ook geen godsdienstoorlogen meer. Anny bepleit zo ook ieders recht op eigen vorm van spiritualiteit.

Ook de veelzijdige Abhijat van Bilsen duidt het verband tussen spiritualiteit, vrijheid en engagement vooral vanuit zijn persoonlijke ervaring. Hij heeft een lange spirituele zoektocht achter de rug en verdiept zich in feite nog steeds in allerlei spirituele stromingen en praktijken, zoals de zweethutceremonie. Osho, de latere naam voor Bhagwan Shree Rajneesh, heeft Abhijat laten ervaren dat je goed bent zoals je bent, en dat je jezelf niet radicaal hoeft te veranderen. Spiritualiteit wil voor Abhijat, net als bijvoorbeeld voor Sander en Ton, onder meer zeggen dat jezelf doorziet en helemaal accepteert en dat daardoor ook bij anderen doet. Het is de bedoeling daar je eigen weg in te vinden in vrijheid en zonder dogma's. Vanuit zijn spirituele levensgevoel ziet Abhijat de huidige politieke ordening, net als bijvoorbeeld Bert Stoop, Ton, Anny, Sander, en ikzelf als teveel gericht op economische wetten en te weinig op menselijke waarden. In deze jachtige geldeconomie lopen mensen zichzelf vaak voorbij. Hun manier van leven wordt hun heel erg opgelegd vanuit de maatschappij en is daardoor onvrij.

Deze sociale kritiek zie je overigens ook nog terug in de bijdrage van Dr. Trinus Hoekstra, werkzaam bij het landelijk bureau voor het arbeidspastoraat en bij het team Dienst in de Samenleving van de Protestantse Kerk in Nederland (DISK). Hij schreef een stuk over een overmatige flexibilisering die tegenwoordig op de arbeidsmarkt aan mensen wordt opgelegd. Hij benadert het fenomeen flexibilisering hier als de 'binnenkant' van de wereldwijde ontgrenzing die bekend staat als globalisering. Het gaat om een naar binnen gerichte ontgrenzing, naar de identiteit van mensen toe, waarbij het individu beschikbaar wordt gesteld voor de wereldwijde markt. Wereldwijd beconcurreren ondernemingen elkaar in het zo rendabel en daarom ook zo flexibel mogelijk inzetten van arbeidskracht. Waar het Trinus vooral om gaat is het concept 'bezieling' dat je tegenwoordig regelmatig onder managers hoort. Velen ontlenen volgens Trinus hun identiteit aan hun werk, doen er voor een belangrijk deel hun sociale contacten op en leven zich er in uit. Dit brengt een belangrijk risico met zich mee. De gedrevenheid van mensen ten opzichte van hun werk leidt al gauw tot een totale beschikbaarstelling van hun arbeidskracht aan de globaliserende markt. Als het management werkelijk gericht is op het welzijn van mensen, zou het hen in belangrijke mate moeten trainen in assertiviteit, met het oog op het leren bewaken van hun grenzen.

Inmiddels heb ik praktisch alle deelnemers even kort de revue laten passeren, met drie uitzonderingen die zich alledrie bezighouden met het activeren van een bepaalde spirituele beleving met consequenties voor iemands opvattingen rond spiritualiteit, vrijheid en engagement.

Biologe, ecologe en druïde Gerwine Wuring richt zicht op zogeheten aarde-educatie, een spirituele natuurbeleving waarin mensen een wisselwerking aangaan met de natuur. Hieruit kunnen volgens haar nieuwe inzichten, werkvormen en ontwikkelingen voortkomen die onze bezieling voeden en onze plek en rol op aarde bekrachtigen en richting geven. De natuur zou hierbij werken als een soort spiegel en naast een fysieke kant, is er ook de mogelijkheid toegang te krijgen tot de innerlijk wereld van gevoel en intuïtie.

De socioloog en loopbaanbegeleider Gerard van de Kam zet het belang uiteen van het verhelderen van ieders eigen missie voor mensen met onbetaald en betaald werk, wat in feite aansluit bij het verhaal van Trinus Hoekstra over bezieling. De kernvraag is daarbij voor Gerard: "Wat heb ik in deze fase van mijn leven, in deze wereld, in deze tijd, in deze fase van de Aardegemeenschap te betekenen? En hoe kan ik deze missie met mijn interesses, mijn vermogens en beperkingen op een ecologische manier vormgeven?" Ecologisch vormgeven betekent voor Gerard dat je zorgt dat wat je doet, goed is voor de omgeving, voor de organisatie, voor jezelf en voor het grotere geheel.

Voor dichter en kunstenaar Roland le Chapelier is spiritualiteit naast bezinning op het traditionele waardensysteem vooral een vitale zoektocht naar het 'ongedachte andere' zoals hij dat noemt. Het schrijven van gedichten stelt Roland onder meer in staat een ander aspect van de werkelijkheid te ontdekken, een ervaring die hij met de lezer wil delen. Ofschoon poëzie zich niet leent voor een expliciete politieke stellingname, bevat een poëtische tekst volgens Roland wel een ethische dimensie door de openheid voor het andere. De voortdurende wisselwerking tussen de tekst en de lezer maakt het lezen van met name hermetische poëzie tot een geëngageerde dialoog. Ook in zijn beeldende kunst geldt voor Le Chapelier dat de scheppingsdaad gericht is op de exploratie van het andere.

Zoals ik aan het begin van deze lezing al zei, blijkt er een keur aan invalshoeken en tradities te zijn van waaruit iedere deelnemer aan ons project een bijdrage heeft proberen te leveren tot het verkennen van de verbanden tussen spiritualiteit, vrijheid en engagement. Het is zoals gezegd ondoenlijk om alle aspecten binnen het bestek van een korte lezing als deze adequaat waar te geven. Ik hoop dan ook dat uw belangstelling voor het boek gewekt is door mijn overzichtje. Overigens hoop dat ik niemand van onze deelnemers vergeten ben. Mocht dat wel zo zijn, dan verzoek ik de persoon in kwestie me dit pas later, liefst onder vier ogen, in te peperen.

Ik wil mijn praatje afsluiten met nog wat persoonlijke overwegingen.

Vooral in kringen van zogeheten vrijdenkers lijkt de veronderstelling te leven dat spiritualiteit hoort bij de oude burgermansorde, bij onderdrukking en volksverlakkerij. Het is iets wat de anderen kenmerkt, gevaarlijke fundamentalisten die serieus menen dat er rationele argumenten zijn tegen de evolutieleer of zweverds die geloven in 'rare verzinsels' zoals elfjes en ontvoeringen door ufonauten. Veel intellectuelen met een materialistische filosofie stellen tegenwoordig niet eens meer de vraag of hun wereldbeeld wel echt compleet en af is. Ik denk dat het niet lang meer kan duren voordat de vanzelfsprekendheid van hun visie op grote schaal aan het wankelen wordt gebracht, dat wil zeggen: juist ook binnen intellectuele kringen. De fysica blijkt veel meer moeite te hebben om met een allesverklarende theorie, a theory of everything, te komen dan men aanvankelijk had verwacht. De parapsychologie wordt wereldwijd weliswaar nog steeds verketterd door skeptici en veel te weinig ondersteund door middel van subsidies, maar zowel strikt parapsychologisch als interdisciplinair blijken fenomenen als telepathie, helderziendheid, psychokinese, en zelfs een leven na de dood en reïncarnatie steeds beter gefundeerd te kunnen worden in empirische gegevens, veel beter dan materialisten doorgaans beweren. En ook binnen de rationele en analytische filosofie zelf, komen kopstukken zoals de invloedrijke Australische denker David Chalmers tot de conclusie dat het subjectieve bewustzijn echt niet fysiek kan zijn, maar dat dat bewustzijn tegelijk wel degelijk een fundamenteel, onreduceerbaar onderdeel uitmaakt van de realiteit. Het materialisme als filosofisch kader heeft volgens mij werkelijk zijn langste tijd gehad en vroeg of laat zal dit niet alleen tot de pioniers maar ook tot de doorsnee geleerden doordringen.

Dit leidt er dan bovendien toe dat het wereldbeeld van leken spiritueler zal worden. Als wetenschappers en filosofen zelf toegeven dat het materialisme dat zolang de boventoon voerde in academische kringen achterhaald en in feite irrationeel is, zullen op den duur ook mensen buiten de wetenschap eerder geneigd zijn om hun zogeheten nuchterheid tegenover al het spirituele te temperen. Er zal steeds meer een ander levensgevoel ontstaan en daarmee ook een andere cultuur. Materialisme en de dogmatische verwerping van de waarde van spiritualiteit zullen randverschijnselen worden, die weliswaar getolereerd moeten worden, maar zonder zo ontzettend bepalend te blijven voor het Westen als nu nog steeds het geval is.

Juist in die context van de verandering is het volgens mij van belang dat mensen niet domweg massaal terugkeren tot dogmatische, reactionaire geloofsrichtingen. Wat dit betreft is de ontwikkeling in de Verenigde Staten volgens mij best wel zorgwekkend. Terecht zijn veel Amerikanen kritisch over het materialisme en een doorgeschoten, eenzijdig hedonisme, maar helaas gaat dit nogal eens gepaard met een bekering tot een intolerant en bekrompen christelijk fundamentalisme. In termen van vrijheid en solidariteit is dit niet bepaald positief te noemen, en wat dit betreft hebben veel materialistische vrijdenkers in mijn ogen echt gelijk dat een libertijns materialisme te verkiezen valt boven een onderdrukkend geloof.

Aan ons project kun je goed zien dat er nog een andere mogelijkheid is naast het gesloten dogmatisme van zowel conservatieve religieuze groeperingen als skeptische materialisten. Een open spiritualiteit die gepaard gaat met tolerantie, respect en betrokkenheid bij anderen.

Een spiritualiteit die vrij en rationeel denken niet in de ban doet omdat het volgens bepaalde interpretaties niet zou stroken met heilige boeken. Een spiritualiteit die de waarde van ieder afzonderlijk mens en dier en van de ons omringende natuurlijke wereld onderstreept en een begrip als verbondenheid niet vertaalt in een verstikkende dorpsmentaliteit, maar in een wederzijds waarderen van ieders andersheid en eigenheid.

Dit zou dan direct weer kunnen aansluiten bij mogelijke andere ontwikkelingen die ik persoonlijk zou toejuichen. Het Westen wordt vaak een eenzijdig individualisme verweten, waarbij individualisme dan wordt vertaald als egoïsme en egocentrisme. Er is echter ook een andere interpretatie mogelijk, namelijk individualisme opgevat als erkenning en waardering van ieders onvervangbare betekenis en van ieders rechten. Zo opgevat kun je individualisme beschouwen als een afwijzing van het eenzijdig reduceren van het belang van individuen tot hun rol binnen een groter collectief. Mits het individualisme op deze manier, positief geconcipieerd wordt, kan het de basis vormen voor het mondiaal verder verbreiden van mensenrechten en rechten van het individuele dier. Linkse partijen zoals Groen Links lijken dit verband tussen individuele vrijheid en een stevig sociaal engagement, dat ten goede komt aan individuen, steeds beter te gaan begrijpen. Hoewel deze visie natuurlijk al meer dan 100 jaar geleden bestond, zou het juist nu wel eens het lang verbeide antwoord kunnen blijken te zijn op zowel een onvrij collectivistisch georiënteerd marxisme als op het asociale neoconservatisme en neo-liberale kapitalisme.

Veel mensen willen niet meer voorgeschreven krijgen wat ze moeten geloven of hoe ze moeten leven, en dat betekent ook dat ze niet langer achter skeptische materialisten aanlopen. Bovendien willen ze in alle vrijheid kunnen kiezen voor een politieke orde die recht doet aan belangen van mensen en dieren en die de natuur zoveel mogelijk spaart. Een hoopvolle gedachte waar ik deze lezing graag mee wil afsluiten.

Wat mij betreft zullen we na de pauze nog nader ingaan op dit soort onderwerpen, in de vorm van vragen of individuele overdenkingen.

Dank u voor uw aandacht!

Titus Rivas

Spiritualiteit, Vrijheid en Engagement

Toevoeging van december 2005
Helaas ben ik inmiddels wat minder te spreken over Groen Links dan toen ik mijn lezing gaf. Ik heb grote moeite met de strekking van het sociale manifest dat onlangs is gepresenteerd. Zie mijn weblog Groenrechtse Uniformiteit op de website Tegenwicht.