Cleopatra (1998)
Hoofdpersoon Max Winter is een ex-politieman die gedesillusioneerd het korps de rug heeft toegekeerd. Als privé-detective probeert hij nu zijn brood te verdienen. Veel opdrachten heeft hij niet, dus hij staat voortdurend rood. Winter moet het hebben van zaken die hem door Bernard Meulendijk, een ex-officier van justitie die nu een eigen ‘firma’ heeft, worden toegeschoven. Op een dag vraagt deze gortdroge ambtenaar hem om onderzoek te doen naar de identiteit van een lichaam dat is gevonden onder de tennisbaan in de tuin van de vroegere minister van buitenlandse zaken Cleveringa. Volgens de officiële lezing is zijn echtgenote Cleopatra in 1980 omgekomen bij een vliegramp. Maar twee jaar na die ramp kreeg haar dochtertje Lonneke een ansichtkaart met de toren van Pisa erop, en ze is er nog steeds rotsvast van overtuigd dat de kaart van haar moeder kwam. En er verdween nog iemand spoorloos in 1980: Cleopatra's beste vriendin Clara Mending.
Voor speurder Max Winter krijgt het raadsel Cleopatra weldra groteske proporties. Financiële manipulaties, corruptie, bigamie, chantage, overspel, hebzucht en wraak vormen een chaotisch landschap van misdadige varianten en menselijke ondeugden dat Max Winter tegenkomt op zijn weg naar de moordenaar. Hij wordt bijgestaan door de computerspecialiste Nel, bijgenaamd CyberNel.
Uitgeverij Luitingh ~ Sijthoff B.V., Amsterdam, ISBN 90 245 0976 9. Omslag: Lodewijk Thijssen
Het boek is opgedragen aan echtgenote Fe Mylene Sagra. Tijdens de Mystery Lunch op 24 juni 1999 in Amsterdam maakte de jury van de Bruna Gouden Strop bekend dat de prijs dat jaar werd toegekend aan Cleopatra van Felix Thijssen. Volgens de jury ging het om een boek "dat is geschreven in een buitengewoon aangename stijl, dat leest als een trein, dat vaart en spanning houdt, dat een sterke compositie heeft, dat goed gedoseerde humor bevat, dat in zijn plot onderweg enkele fraaie verrassingen biedt, dat een sympathieke held presenteert die met aangenaam cynisme verslag doet van zijn belevenissen, en dat ten slotte een zeldzaam voorbeeld vormt van een geloofwaardige Nederlandse private eye-thriller".
Het verhaal heeft inderdaad een mooie plot, is snel geschreven, heeft leuke dialogen en een sympathieke held. Thijssen’s Max Winter-serie is daarom bepaald geslaagder te noemen dan bijvoorbeeld de King-serie van Tomas Ross.

Andere genomineerden voor de Gouden Strop waren: “Deal” van Charles den Tex, “Wetland” van Jacob Vis en “De regels” van Peter de Zwaan.

De VN´s Detective & Thrillergids kende “Cleopatra” drie sterren (***) toe.

“Goed verhaal, leuke plot, snelle dialogen. Aan het slot volgt een iets te gemakkelijke uitweg, maar het zou niet verbazen als Thijssen met Cleopatra volgend jaar genomineerd wordt voor de Gouden Strop.”
(Rolf Bos, “Gebeente”, De Volkskrant 9 oktober 1998)

“Terug van weggeweest aan het thrillerfront en hoe! Felix Thijssen, ooit befaamd dankzij de bikkelharde misdaadroman Wildschut – heel geslaagd verfilmd –maar al bijna vergeten, ware het niet dat hij emplooi zocht en vond bij de televisie. En door zijn bijdrage aan Coverstory en Unit 13 misschien meteen interesse heeft gekweekt voor het zojuist verschenen Cleopatra. Een prachtige, bijna on-Nederlandse politieke thriller waarmee Thijssen zijn comeback luister bijzet. Een geheime kandidaat wanneer in mei/juni volgend jaar de twaalfde Gouden Strop als bekroning van het beste Nederlandstalige spannende boek moet/mag worden uitgereikt. (…) Cleopatra kent prachtig uitgewerkte personages (…), gave dialogen en telkens wanneer de geschiedenis lijkt dood te lopen, geeft Thijssen het verhaal weer een aardige draai.”
(Fred Monsma, “Felix Thijssen lijkt geheide kandidaat voor Gouden Strop”, Brabants Dagblad, 23 oktober 1998)

“En Felix Thijssen zou Felix Thijssen niet zijn als hij dat alles in zijn boek “Cleopatra” niet vlot en spannend opschreef. In een aangename stijl, zodat hemlof moet worden toegezwaaid van het Nederlandse thrillerfront.”
(Willy Wielek, “Twee jaar na haar dood stuurt Cleopatra een kaart”, Trouw 23 oktober 1998)

“Een vlot geschreven, goed gecomponeerd speurdersverhaal, vol actie en spanning. Verstrooiing van het betere soort.”
(M.J.H. Hessels, St. Nederlandse Bibliotheekdienst)

De enige kritiek die te leveren valt is dat de plot erg complex is en veel personages omvat. Een minder positieve recensie stond op 4 juni 1999 in de HP/De Tijd:
“Max gaat de boer op en onderhoudt zich met personen die Cleopatra in een of andere hoedanigheid gekend hebben. Dat zijn er flink wat. Zoveel, dat ik er op den duur doodmoe van werd. Verreweg de meeste gesprekken die Max voert, gaan over wie waar was op een bepaald tijdstip, of over welke reden X gehad kan hebben om Y te willen vermoorden. Een privé-detective hoort spannende avonturen te beleven. Het moet gezegd dat Thijssen manmoedig probeert het boek van de nodige actie te voorzien. Maar elke poging om het verhaal leven in te blazen wordt gevolgd door weer een speculatief gesprek over Cleopatra, Cleveringa en de andere romanfiguren. Dan was deel 18 uit de Bob Evers-serie, Trammelant op Trinidad (en niet in Trinidad, zoals Thijssen ons wil doen geloven), een stuk spannender.”
Duitse vertaling
POEMA pocket uitgave