TERUG NAAR BEGIN PAGINA VAN KIM EN RIK OP REIS

 Reisverslag Nieuw Zeeland

Reisverslag van sabbatical wereldreis door New Zealand, Christchurch, Kiwi, Auckland, Rotorua, Wellington, Dunedin, Queenstown, Blenheim, Marlborough Sounds, maori, Lake Rotoiti, Te Mahia, Lewis Pass, Maruia Springs, Hanmer Springs, Mount Cook, Tasman Valley, Dunedin, Otaga Peninsula, Te Anau, Fiordland, Fox Glacier, Franz Josef, Westport, Tasman National Park, Picton, Palmerston North, Stratford, mount Taranaki, Orakei Korako, Lake Taupo, Tongariro Crossing, Te Kuiti, Bay of Plenty, KeriKeri, Cape Reinga, Kaitaia, Karekare Beach, Waiheke Island, Kaikoura Whale Watching, Waitomo Glow Worm caves etc.


Zondag 2 december. We zijn in Nieuw Zeeland!! Het was inderdaad wel vreemd om in minder dan 3 uurtjes al in Nieuw Zeeland te zijn, maar dat is alleen maar erg fijn. Er zijn erg veel overeenkomsten met Australie, en niet alleen dat iedereen engels praat en het lekker warm is. Christchurch is relaxed, best veel mensen maar toch erg rustig maar dat kan doordat het weekend is. Wij zijn vandaag met de taxi(! backpackers in een taxi.. oke, het was blijkbaar de enige manier er te komen, maar het voelde wel vreemd aan) naar Riccardon-racecourse gegaan, waar een carmarket zou zijn. Niet meer dus. Gelukkig was het een budgettaxi met een kortingskaartje. Teruggelopen naar een hotel aan de weg en daar geinformeerd. Bleek de carmarket verplaatst te zijn naar Addington, een totaal ander deel van de stad. Twee erg vriendelijke mensen boden aan ons even te brengen. Ze zetten ons af op de goede racecourse, waar we snel zagen dat er niets was voor ons. We willen namelijk graag een busje kopen, omdat je dan niet steeds alle spullen buiten moet zetten als je in de auto/bus slaapt. De meeste backpackerbusjes zijn achter helemaal leeggehaald en opgevuld met een bed, oftewel planken met een matrasje erop. Dat is erg handig als je met zijn tweeen reist, maar straks zijn we met z'n vieren en dan moeten we wel 4 zitplaatsen hebben. Veeleisend zijn we dus ook nog. Vanaf die automarkt zijn we toen maar gaan lopen naar de snelweg, ver, om daar een toevallig passerende bus in te stappen. Gelukkig, want de rest van de dag hebben we ook kilometers afgelegd. In alle hostels hebben we de noticeboards bekeken op zoek naar onze bus. Veel gebeld, maar weinig succes. We hebben een busje hebben bekeken maar dat was erg duur, en klonk niet geweldig. Maar even verder kijken dus. Daarnet zijn we ook nog naar de carpark gegaan waar een busje zou staan, maar dat stond er niet (meer?). Het gaat echt enorm snel hier met de ver- en aankoop van auto's en busjes. Auto's kosten hier echt niets, zo'n stationwagon die we in Australie hadden is er hier al te koop van zo'n $700,-! De busjes zijn wel een stuk duurder, misschien dat we uiteindelijk toch maar besluiten een auto te kopen. We wachten maar even af.

De mensen in Australie waren vriendelijk, maar hier zijn ze echt enorm aardig. Vanmorgen werden we dus door totaal vreemden even weggebracht, toen we even op een kaart van Christchurch keken en er blijkbaar wat verloren uitzagen bood iemand meteen hulp aan, in een only-girls-hostel waar ik even wilde kijken op het noticeboard kreeg Rik meteen vriendelijk een zitplaats, pepermuntjes en drinken aangeboden. Hij wilde liever wel eens kijken in zo'n alleen-maar-meisjeshostel, maar dat zat er niet in. Er hangt ook in Christchurch een heerlijk relaxed sfeertje, dus we houden het wel uit hier. We zitten nu nog in een hostel (Cokers), met ook al zo'n leuke staff, maar waarschijnlijk gaan we overmorgen naar een camping. We hebben namelijk de theorie dat daar de busjes naar toe gaan als ze in Christchurch aankomen, en dan zijn wij er als eerste bij als ze hun '4 sale' briefje erop hangen. Hopelijk hebben we dan eigenlijk 'onze bus' al wel gevonden.

Donderdag 6 december. Nee, onze bus hebben niet gevonden, wel onze auto! Na alles af te wegen kwamen we tot het besluit gewoon weer een stationwagon te kopen. Die dingen zijn hier veel goedkoper dan in Australie en dus kunnen we er niet al te veel op verliezen. Na wat bellen werden we opgehaald door een erg opvallende Kiwi (Nieuw Zeelander) die ons naar een miniautootje bracht. Deze was 'bijna net zo groot' als een Ford Falcon verzekerde hij ons... Maar nee, slapen in zo'n autootje zagen we niet zitten, dus had hij wel een oplossing. Zijn mate, de mechanic, wilde een nieuwe auto en dus was zijn auto wel wat voor ons. Een Holden Commodore station wagon. Leek er meer op. Omdat we ons goed hadden voorbereid wisten we waar een auto in NZ allemaal aan moet voldoen. Een WOF (Warranty of Fitness) en registratie dus. En om helemaal zeker te zijn van de zaak hebben we hem ook nog door een onafhankelijke garage laten checken. De man keek eens goed naar de auto, checkte wat dingen en ging een stukje rijden. Hij bleef wel erg lang weg, zodat we even bang waren dat hij in slaap was gevallen voor het stoplicht. Maar hij kwam na een tijd wel terug, wat uitgeruster, en met zijn mening: er moest een andere starter in en wat kleine dingen worden opgeknapt. Op kosten van de verkoper natuurlijk, we blijven Nederlanders. Maar, nu hebben we dus een Holden, een lichtblauwe bleek na de carwash. Ziet er nog best mooi uit ook, doet niet onder voor onze OZ-Falcon. Nu hadden we de auto, maar daar moesten ook nog kampeerspullen in. Want we zijn best een beetje verwende backpackers geworden door dat reizen in OZ met de auto. Een dagje shoppen en ook dat is geregeld, een tafeltje en stoeltjes en een kookstelletje, we kunnen weer op pad!

De laatste nacht in het hostel werden we 's nachts wakker door een luidklinkende bel die maar door ging. Even dachten we dat er een stel vrolijkerds leuk wilden zijn, maar toen drong het tot ons door dat het geen grap was maar het brandalarm. En dus stonden we even later met een massa backpackers op de stoep in de kou. balen dat we ons fototoestel nog in de kamer hadden liggen, eerst omdat we niet wilden dat ie zou verbranden, maar toen alles er niet erg uitzag omdat ik graag een foto van zo'n massa koukleumers wilde. Het viel dus allemaal mee, de vier brandweerwagens waren er erg snel, maar er viel weinig te blussen. Waarschijnlijk was er iemand aan het roken onder de rookmelder of was er toast aan het verbranden, na een half uur konden we gelukkig zonder rookluchten weer terug naar onze bedden. Gisteren zijn we toch maar weer naar een camping gegaan, niet om dat alarm maar om het geld hoor. We konden een schone tent opzetten, het personeel op het vliegveld was zo aardig om onze tent gratis schoon te maken.. Eigenlijk was het uit angst voor mond en klauwzeer, onze schoenen (deze keer de linker en rechter, in Australie alleen de rechter) werden ook even gedesinfecteerd. Ik had best te doen met diegene die dat moest doen, zeker onze minder frisse schoenen die nu weer een stuk frisser zijn.

We hebben alles geregeld, en dus kunnen we gaan werken. Het gaat een beetje makkelijker dan in Australie, daar duurde het even voor we wat vonden, maar nu was het een kwestie van het goede uitzendbureau binnenlopen op het juiste moment, net dus. Morgen kunnen we gaan werken in een plasticfabriek. Erg benieuwd wat we moeten doen, het enige wat belangrijk was was dat we goede schoenen hebben. Het is waarschijnlijk maar voor een dagje, en dan kunnen we bellen of er nog iets anders te doen is. We zien het wel, we zijn in ieder geval weer voor een dagje van de straat.



Zaterdag 8 december. Gisteren hebben we dus gewerkt: het was wel grappig. Bij binnenkomst werd ons als eerste uitgelegd waar de nooduitgangen waren en hoe te handelen bij brand. 'Niet weer zo'n alarm hoor, een keer is wel genoeg in de week' ging er wel even door ons heen. Maar dit was gewoon een standaardprocedure en het is natuurlijk alleen maar heel goed dat ze dat doen. We begonnen om 8 uur, allebei op een andere afdeling. Rik moest emmers opstapelen en inpakken, en gaten in deksels maken. Met zijn drieen hadden ze het erg rustig, en daar was ik achteraf erg jaloers op. Maar ook ik had interessant werk, invoeren van afvalplastic in een machine die dat versnipperde tot ministukjes. De uitleg was heel kort, daar stop je het plastic in, het loopt vaak vast en dan stop je je arm er ook in, en dan doet ie het weer goed. Erg duidelijk, maar het bord met de schreeuwende waarschuwing: DANGER: ROLLING BLADES was ook duidelijk. Ook dat er aan de zijkant stond dat alleen "experienced operators" die machine mochten gebruiken vond ik iets minder prettig. Doordat ik me zwaar inexperienced achtte wilde ik wel eerst even weten hoe die machine in elkaar zat en vooral waar die messen dan waren. Daarna was het werk best goed te doen. 's Middags moest ik plastic strips oprollen en inpakken, en de strips bleven maar komen dus even niets doen zat er niet in. De tijd ging zo wel heel snel. We hadden zelfs naast de lunchpauze ook 2 koffiepauzes, dat was op de wijngaard in Australie wel anders.

Helaas had deze fabriek maandag niemand meer nodig waarschijnlijk, dus zijn we weer werkeloos. Zondag kunnen we onze 'agent'(uitzendbureau) bellen en misschien kunnen we dan ergens weer aan het werk. best leuk om zo verschillende jobs te kunnen doen. Voordeel is dat we zo niet afhankelijk zijn van het weer, het regent namelijk nu hier en dan zou het fruitplukwerk stil liggen. We zullen ook eens kijken of er nog meer/ander werk is, maar waarschijnlijk moeten we daarvoor toch niet in deze regio zijn. We willen alleen niet te ver weg uit Christchurch, omdat straks daar Martijn en Nicoline aankomen. Maar eerst maar even zondag ook afwachten, misschien dat we wel continu aan het werk kunnen.

Vrijdag 14 december. Dat zat er niet in, continu aan het werk. Toen zaterdag de auto ineens niet meer wilde rijden besloten we dat we toch maar eens de garage zouden opzoeken maandag. We stonden stil bij een parkeergarage, het lijkt wel een Nederlandse auto, op deze manier hoefden we niet de parkeerkosten te betalen, en na inspectie bleek er alle olie op te zijn. Na een eind gelopen te hebben konden we ergens olie kopen, en een uur later deed de auto het weer. Maar toch wilden we maandag alles nogmaals laten checken. En niet voor niets, maandagochtend zei de auto namelijk alleen nog maar click (in Nederland zeggen ze klik, maar nu bleek de auto toch Engelstalig) en pas met startkabels van een aardige meneer op de camping konden we naar de garage. Daar stond het lekker vol met auto's, maar we konden die van ons wel achterlaten. Toen we 's middags terug kwamen merkten we dat dat geen effect had gehad, er was niet naar gekeken. Dinsdagochtend zou beter uitkomen, dus wij weer terug. Nu was er wel naar gekeken, en leerden we het trucje om de auto aan de praat te krijgen. Gewoon tegen de starter aanslaan en dan doet ie het weer! Maar om normaal te kunnen starten moest er een nieuwe starter in. En dat kon dan weer woensdag in een andere garage gedaan worden. De derde dag dus weer hetzelfde ritueel, auto wegbrengen en het centrum in. Het was deze dagen gelukkig erg mooi weer, lekker warm, zonnig, dus dat was goed vol te houden, al misten we wel al 3 dagen de kans om te werken. Gelukkig waren we er woensdagmiddag vanaf, en doet de auto het intussen weer prima. De kans op werk is er wel erg klein door geworden. De fabrieken sluiten vandaag om aan de holidays te beginnen. We hebben gisteren meteen maar gebruik gemaakt van de goedstartende auto en zo verschillende bedrijven afgegaan op zoek naar werk. Helaas, overal hetzelfde vakantieverhaal. De fruitfarms betalen blijkbaar zo weinig, dat ze geen volwassenen willen, en zo noemden ze ons echt. Op een plaats kunnen we, als we echt wanhopig waren, zoals die mevrouw dat noemde, wel erwten komen plukken, 2 dagen voor kerst. Maar ook dat vond ze eigenlijk niet echt iets voor ons.

We hebben ons eigenlijk maar bij neergelegd dat het werken er niet meer inzit, en willen nu vast een stukje van het Zuidereiland gaan bekijken. Straks met Martijn en Nicoline hebben we 3 weken om het te gaan bekijken, dat is dus niet zo heel erg lang. Wij gaan dat stuk nu dan vast bekijken, voor als we dat niet halen, en anders weten we in ieder geval of het de moeite waard is. We vertrekken morgen naar het noorden, richting Kaikoura. Daar moet het mogelijk zijn om walvissen en dolfijnen te spotten, en erg mooi zijn. Na een weekje komen we dan weer terug naar Christchurch en zullen we met zijn vieren voor het eerst een warme zonnige Kerst gaan meemaken. Daarna een rondje Zuidereiland, en door naar het Noordereiland van Nieuw Zeeland. En dan maar hopen dat we daar een beetje geluk hebben met het vinden van werk. (Al is niet werken ook niet zo ontzettend vervelend hoor!, Kiwi's zeggen niet dat ze werkeloos zijn, maar 'between jobs'. Klinkt prima lijkt me!)

Zaterdag 22 december. Vorige week vertrokken we dus naar het noorden van het Zuidereiland. Met erg mooi weer, veel zon, lekker warm zijn we naar Kaikoura gereden. De walvissen en dolfijnen waren niet te zien, maar wel veel zeehonden. Toch wel heel grappige beesten. Daarna door naar Blenheim. We vonden hier een erg grote camping met erg weinig mensen, zodat we een mooi plaatsje aan een rivier hadden om de auto neer te zetten, en een 'voetbalveldveld' voor ons alleen hadden. Ook deze auto is ruim genoeg om de matjes er in te leggen, dus hoefden we de tent ook niet op te zetten. In Te Mahia, in de Marlborough Sounds, zijn we gaan kayakken. Het was nog steeds mooi weer, en dus was het erg leuk om in de zon het water op te gaan. Schitterende omgeving daar, en aan de waterkant konden we zo de mosselen en oesters van de wand halen, hebben we overigens niet gedaan, maar de mogelijkheid was er. De volgende dag zijn we verder gegaan naar Lake Rotoiti, waar helaas erg veel sandflies waren. Muggen kenden we al, die kunnen erg irritant zijn, maar deze kleine vliegjes kunnen dat nog beter! Ze komen met een massa je aanvallen, en bijten dan om je vreselijke jeuk te bezorgen. En helaas, er kan geen anti-insectenspray tegenop. Maar goed, na verloop van tijd raak je ook daar wel aan gewend, al kan het vrij frustrerend zijn als je continu een zwerm van die dingen om je heen hebt hangen. Muggen vallen tenminste meestal aan als je het niet in de gaten hebt.

Maar, Lake Rotoiti was erg mooi, de Lewis Pass en Maruia Springs ook, al zijn we daar vrij snel voorbij gegaan doordat het ineens aan het regenen was. En met regen is dat toch net iets minder mooi. Hanmer Springs is bekend om de thermal springs, dus dat wilden we wel meemaken. Maar in plaats van warmwaterbronnen zagen we een commercieel resort, waar de natuurlijke warmte wordt gebruikt in de baden en sauna's. In Mataranka in Australie hadden we al wel in een natuurlijke thermal pool kunnen ronddobberen, dus deze keer sloegen we maar over. In de bossen in Hanmer Springs hebben we nog wel een mooie tocht gelopen. Wat ons erg opviel van dit deel Nieuw Zeeland was dat er weinig toegang is tot de Nationale Parken. We vergelijken waarschijnlijk en gaan er te veel vanuit dat Nieuw Zeeland ongeveer gelijk is met Australie, logisch dat dat niet zo is, maar hier zijn haast geen wegen de bush in. En we hebben nu nog maar een klein deel van Nieuw Zeeland gezien, en dus kan het ook gewoon toeval zijn. We hopen in ieder geval in de rest van Nieuw Zeeland wel meer de bush in te kunnen.Intussen zijn we weer terug in Christchurch, waar de kerst al in volle gang is. Overal kom je Santa himself tegen in de winkelstraten, en hoor je liedjes over Snow en White Chrismas, terwijl het weer zo'n 20 graden is buiten en er een wonder moet gebeuren om hier sneeuw te laten vallen de komende dagen. Het zal raar zijn, maar we hebben er absoluut geen problemen mee om in de zon te zitten met kerst. Dus misschien toch maar een tekstaanpassing voorstellen.

Vrijdag 4 januari 2002. Nee, het was geen witte kerst in Christchurch. Wel een toffe kerst. Martijn en Nicoline kwamen 's middags aan op het vliegveld, en dus hebben we ze daar in kerststemming opgehaald. Erg tof om na zo'n lange tijd ze weer te zien! Wij hadden een uitgebreid kerstdiner gepland, maar na alle pasta en rijstprutjes van de afgelopen maanden is alles wat iets anders is al snel speciaal. We moesten ze toch even langzaam laten wennen aan de backpackermaaltijden. Het was heerlijk weer, en dus zaten we 's avonds aan aan een origineel BBQ kerstdiner, en ja, in de zon! De dag daarna was helemaal een zomerse dag. Heel warm, en zo hebben we de stad verkend en heerlijk genoten op het terras op Boxing Day (tweede kerstdag).

Derde kerstdag (?) zijn we vertrokken naar Mount Cook. En daar zagen we wel sneeuw, boven op de berg. Indrukwekkend om te zien, een standaard beeld dat we wel van kaarten van Nieuw Zeeland kenden, maar nog niet hadden gezien. De wegenkaart van de omgeving gaf aan dat er een weggetje is waar je niet met huurauto's mag komen. En dat was meteen een reden voor ons om die weg eens te gaan bekijken. En wat een geluk dat we een auto hadden gekocht! We kwamen uit in Tasman Valley, waarbij we na een klim uitkeken op een schitterde gletsjer! Die nacht stonden we op een bushcamping met naast ons besneeuwde mountains. (okee, niet echt naast ons, maar zo leek het wel) Al was het overdag lekker warm geweest, 's nacht was het lekker koud. We konden de illusie niet meer voor Martijn en Nicoline ophouden dat het alleen maar erg warm is in nieuw Zeeland. En helaas, daarna begon de regen, en dus weten ze nu ook dat al. na Mount Cook gingen we op zoek naar de pinguins. Rik en ik hadden al de fairy little blue pinguins gezien op Phillip Island, maar die kan je niet genoeg zien. En deze zagen we dus nu ook. Zelfs toen we terug reden kwam er eentje naast de bus waarmee we waren lopen. Hier waren ook nog yellow Eyed pinguins te vinden. Heel verrassend, deze beestjes hebben gele ogen. Een gele streep over de ogen ook, en deze mochten we wel fotograferen. En dat is nog gelukt ook, er stond er eentje gewoon te poseren voor ons.

Daarna zijn we doorgegaan naar Dunedin en Otaga Peninsula waar we albatrossen hebben bekeken. Erg grote vogels zeg! In Te Anau in Fiordland, met hebben we oud op nieuw gevierd, wel 12 uur eerder dan in Nederland. Een totaal anders-dan-andersjaarwisseling, met een soort knaltouwtjes als enig vuurwerk. Maar, we hadden we het stoerste vuurwerk van de hele camping, misschien ook wel van de hele stad! In het nieuwe jaar zijn we weer verder gegaan, op weg naar de gletsjers. Dit keer hadden we erg weinig geluk met het weer: regen & regen. De Fox Glacier was zelfs door overstroming niet toegankelijk. De andere gletsjer daar bij in de buurt, de Franz Josef, konden we vanmorgen bekijken. Ook in de regen, maar wel absoluut de natte kleren waard. De regen had er ook voor gezorgd dat we nog in spanning hebben gezeten of we wel verder konden reizen vandaag, want de brug net na de gletsjer was afgesloten doordat de rivier eronder een gat had geslagen in de bodem. Spannend dus, met vrachtwagens met rotsblokken en hijskranen die die blokken het water in gooiden en een afgesloten brug. Maar gelukkig snel voorbij. Er zijn namelijk niet erg veel wegen hier in NZ, en deze moesten we echt hebben. Onze volgende punten op de planning, bezienswaardigheden als pancakerocks en blowholes gingen door het slechte weer ook niet door helaas, maar nu zijn we misschien uit het regengebied gereden. Het lijkt er wel wat op, want het is nu mooi droog en de zon schijnt zelfs. Vanaf hier, Westport willen we morgen naar het Tasman National Park gaan. We hopen dus gewoon heel hard op mooi weer!

Zondag 20 januari 2002. Hard hopen op mooi weer heeft niet veel effect merkten we. Ook in het Abel Tasman National Park viel er nogal veel water naar beneden. We wilden graag gaan kayakken daar, maar dat ging dus helaas niet door. Wel hebben we een erg mooie tocht kunnen lopen met uizicht op mooie stranden en schitterend regenwoud waarbij het zelfs lekker weer werd. De zon is dan meteen ook goed warm, en het zomergevoel ook meteen erg aanwezig. Na deze zomerse dag was het helaas wel weer snel gedaan met de zon, want toen we naar Picton reden vanuit Tasman NP regende het weer volop. 's Avonds zaten we op de boot naar Wellington op het noordereiland, de hoofdstad van Nieuw Zeeland. Vanuit hier zouden Martijn en Nicoline weer vertrekken naar Nederland, dus de laatste dagen met 4. Door het slechte weer besloten we een hostel te zoeken, en daar hadden we wel geluk mee. Een erg gezellig hostel, vriendelijke mensen en midden in het centrum.

In Wellington hebben we wat standaard toeristen-dingen gedaan. Met de cablecar (tram aan een kabel) een berg omhoog waardoor we een mooi uitzicht over de stad hadden en vanuit daar door de botanische tuinen naar beneden gelopen. De nu bekende film 'The lord of the rings' is in Nieuw Zeeland opgenomen en dus zijn we naar die film gaan kijken in het theater waar de premiere was gehouden. Voor degenen die de film al hebben gezien of nog gaan zien, de achtergronden zijn inderdaad erg NZ's. Vrijdags zijn we naar de dierentuin gegaan. De kiwi moesten we natuurlijk wel zien (de dierlijke versie dan) en dat kon daar ook, in een 'nachthuis' omdat ze alleen in het donker actief zijn. grappig diertje wel. Verder zaten er veel Australische dieren, zoals kangoeroes, die we wat maanden geleden gewoon in het wild tegenkwamen, en de standaard-dierentuindieren als giraffes en apen. Natuurlijk hebben we ook veel rondgelopen in de stad, winkels bekeken (dat kan in de bush niet) en zijn we zelfs 'uit eten' geweest in een eetcafeetje op de avond voor het vliegtuigvertrek. Ja, dat was wennen, het eten werd gewoon gebracht en we hoefden. niet eens af te wassen daarna, heerlijk!

Maar uiteindelijk moesten Martijn en Nicoline dan toch echt vertrekken. Veel te vroeg 's nachts stonden we dus voor gesloten deuren op het vliegveld. Toen na een half uur de deuren open gingen bleek dat het vliegtuig niet om 6 uur maar om 9 uur zou vertrekken. Tof dat ze nu wat langer in NZ konden blijven, maar echt zinvol is dat niet om zo'n tijd. Afscheid nemen was alweer niet grappig. Maar daarna was het snel tijd om onze spullen bij elkaar te pakken en ook weer op weg te gaan. Door Palmerston North, Stratford naar mount Taranaki/Egmont. (voor het gemak twee namen, mag je kiezen welke je zelf leuk vindt) Jammer genoeg was de berg helemaal verdwenen in de wolken en hebben we er dus weinig van kunnen zien. Het national park waardoor we reden was wel erg mooi, en we vonden een leuke picnicplaats waar we konden overnachten in de auto. Vanuit daar verder, de bergen langs de route leken nep, alles had wat weg van een modeltreinlandschap. Ook verder dit eiland door hebben we vaak verbaasd gestaan van de omgeving. Bijvoorbeeld ook toen we bij de 'craters of the moon' in Wairakei waren. Allemaal kraters met hete stoom en vulkanische activiteit, kokende modderbaden. Ook al is dit juist heel natuurlijk, het doet nogal onnatuurlijk aan. Ook Orakei Korako, 'The hidden valley' gaf dit gevoel. Het enige waardoor je beseft dat het echt is was de enorm indringende zwavelucht, als het nep was zouden ze er wel een lekker geurtje aan hebben gegeven... De geisers, kraters en boiling mudpools waren ook hier erg indrukwekkend. De 'sacred cave' was een verborgen grot met een helderblauw water met een bepaalde natuurlijke chemische samenstelling. Hierin zouden sieraden weer glinsterend schoon worden. En ja, het werkt echt! Dit alles lag niet ver van Lake Taupo af, het grootste meer van Nieuw Zeeland. Het is een krater, met zwart een lavastrand. Erg apart, erg mooi ook. En een perfecte plaats om in de auto te slapen. De omgeving in Nieuw Zeeland is een stuk meer afwisselend dan in Australie. Hier vind je besneeuwde bergen, gletsjers, kraters, geisers, vulkanen en regenwoud, allemaal niet ver van elkaar. En dan die nepbergen erbij en vaak laaghangende wolken of stralende zon doet alles nogal sprookjesachtig overkomen. En dan hebben we nog niet eens alles gezien...

Donderdag 31 januari 2002. Maandag, de 21e, zijn we de Tongariro Crossing gaan lopen. Dit is een tocht die bekend staat als de beste 'one-day-hike'in Nieuw Zeeland. We wilden deze al eerder gaan doen, maar het weer was toen nog erg onvoorspelbaar, en dat wat er wel te voorspellen was was alleen maar heel slecht. De tocht zou zo'n 8 uur duren, en 8 uur in de regen lopen was niet onze wens, vandaar we wat hebben gewacht tot het weer wat beter werd. Gelukkig ook maar, want het was een enorm mooie tocht maar ook behoorlijk heftig. Slecht weer zou het uitzicht hebben verpest voor een deel, en bepaalde stukken waren nu al wat akelig om over te gaan, laat staan als het nat zou zijn geweest. De Tongariro Crossing loopt door het Tongariro National Park (was te verwachten) en is 17 kilometer lang. De lengte van de tocht zorgt niet voor de zwaarte ervan, maar de manier waarop die kilometers moeten worden afgelegd. De hele route loopt over bergen en kraters, en daardoor is er niet een stukje waar je gewoon recht kan lopen, alles is dus klimmen of dalen. De eerste helft ging het alleen maar omhoog, en dan ook stukken waarbij het letterlijk klimmen was, met handen en voeten, om niet naar beneden te vallen. Stukjes over de richel boven een krater, waar het wat glibberig was waren vooral op het moment dat we erover waren erg tof. De omgeving was echt schitterend. Je zag ook goed de verschillende landschappen. Boven op de hoogste berg kon je in de verte de besneeuwde bergtoppen zien, met om je heen droge bergen en een meer, erg indrukwekkend. Genoeg mogelijkheden om mooie foto's te maken. Te veel mogelijkheden in ons geval, want na precies 4 uur klimmen stopte de camera ermee. Nee, extra fotorolletjes hadden we genoeg, maar de batterijen bleken leeg. En nog eens nee, dat is even niet lachen als je dan op het mooiste punt van de beste tocht van NZ staat. (misschien volgende keer beter de icoontjes bestuderen?) Het voordeel was dan weer dat we nu geen tijd kwijtraakten met foto's maken. En gelukkig hebben we er wel in de eerste helft kunnen maken. De tocht ging nog verder, veel klimmen en dalen, en het laatste stuk was alleen maar omlaag lopen. Dit ging zo stijl dat je je echt steeds moest tegen houden. Nog een stuk door regenwoud en toen waren we bij het eindpunt. Net op tijd om met de bus terug naar de camping te gaan. In totaal hebben we er zo'n 7 uur over gedaan, dus dat was naar ons idee best goed voor toch niet zo'n getrainde 'hikers'. Voor mensen die overwegen deze tocht te gaan doen; het is absoluut de moeite waard! (draag wel veel water en reservebatterijen mee).

Maandag was het weer al lekker, zonnetje, maar niet te warm om te lopen met wat wind, dinsdag werd het nog veel warmer. We zijn vanuit het National Park naar Te Kuiti gegaan, waar we op de enige camping daar zijn gaan staan. Erg leuke mensen die ons zelfs uitnodigden om mee te ontbijten. Heerlijk genoten van de gezelligheid en het goede weer. In Waitomo zijn er grotten, waarvan er een bekend staat als de glowwormcave. Daar leven allemaal glowworms (een Nederlandse vertaling is er niet van) die dus licht geven. Erg grappig om te zien, het leek meer op blauwachtige sterren dan op beestjes. Daarna zijn we weer verder gegaan, langs de Bay of Plenty. (plenty of what?) Een erg mooie weg, wel erg bochtig ook, en helaas nergens een goede kampeerplek, zodat we eerder dan gepland in Auckland aankwamen. En daar zijn we dus intussen al weer een aantal dagen, in de grootste stad van het Noordereiland met vergelijkbare 'attracties en bezienswaardigheden' als in Syney, Austalie. Een brug waar je overheen kan lopen, een skytower (wat hoger dan de Eiffeltoren in Parijs) waar vanuit je de stad kan overzien en natuurlijk veel souvenirwinkeltjes. We zullen over een maand vanuit hier vertrekken naar Singapore, maar nu hebben we dus nog tijd om het hier te bekijken, het uiterste Noorden te gaan zien en te gaan werken. We zijn driftig op zoek naar een baan, maar hebben nog niets concreets gevonden. Wel hebben we na telefonisch contact begrepen dat er werk voor ons is in KeriKeri volgende week, maar het is niet duidelijk welke dag. We hebben dan ook besloten dat we daar naar toe rijden komend weekend, en dan daar maar weer gaan rondvragen totdat 'ons' baantje vrij komt. Maar eerst nog even Auckland. Een oudstudiegenootje van Rik, Tanja, woont hier, en daar mogen we zo lang verblijven. Erg fijn, het is echt weer genieten in een echt huis te zijn, en op een echt matras te slapen. Ze woont heel centraal, als je het huis uitstapt kijk je uit op de skytower. Heel tof dus! Nu gaan we dus nog een paar dagen genieten in deze stad, en dan hopen op een baantje.

Donderdag 21 februari 2002. We hebben een baan gevonden! Toen we in Kerikeri aankwamen bleek snel dat de orchards hier niet zelf direct werknemers aannemen, maar dat via de hostels doen. Als je dan een week in een hostel gaat slapen kunnen de hosteleigenaren je een baantje bezorgen. Omdat een hostel veel duurder is dan een camping en in Australie al haast al het verdiende geld opging aan de accomodatie zochten we naar een camping die ook voor werk kon zorgen. Dat werd Aranga, waar we op een wachtlijst kwamen te staan. Het zag er alleen niet al te positief uit, want waarschijnlijk was er niemand meer nodig de komende week. We zijn dat weekend zonder resultaat in de buurt gaan zoeken naar werk, maar zondagavond kregen we toch de vraag of we maandag konden beginnen. Natuurlijk dus, en dus stonden we 's maandags om half 8 klaar om naar de mandarinorchard te gaan. We zouden met een groep van ongeveer 20 backpackers werken, vooral Engelsen, Canadezen, Scandanaviers een Zuid Afrikaan en een Kiwi. Een toffe groep was het. Daar aangekomen kregen we eerst een uitleg, ons werk, mandarinthinning, bestond uit het uitdunnen van de oogst door de te kleine vruchten te plukken, net als het teveel aan mandarijnen. Aan een takje mochten maar twee vruchten hangen, en dus moesten we er vaak meer afhalen dan er nog aan bleven hangen. De mandarijnen konden we gewoon laten vallen op de grond, al vlogen er regelmatig ook veel door de lucht. Vooral aan het eind van de dag, als iedereen minder serieus werd was het vaak even mandarijnengevechttijd. Onze 'opzichter' deed gezellig mee, dus dat was alleen maar tof, en alleen als de echte 'hoge baas' er aan kwam ging iedereen weer aan het werk met een strak gezicht alsof er niets aan de hand was. De omstandigheden waren een heel stuk beter dan in Australie op de wijngaard, terwijl we daar alleen 's ochtends 15 minuten pauze hadden kregen we dat hier 's morgens en 's middags, en de pauze's waren ook heel relaxed. Er werd niet gekeken op een paar minuten meer, en toen de zon heel fel scheen kwam de 'baas' met koel drinkwater langs. Van mandarijnengevechten zou de baas in OZ echt uit zijn vel gesprongen zijn, terwijl dat hier dus haast werd gepromoot. Een relaxte sfeer dus, mooi weer en de radio stond ook steeds aan en dus ging de tijd ook vrij snel.

Het werken viel dus niet tegen, maar we wilden ook de rest van Nieuw Zeeland zien, dus konden we geen weken in Kerikeri blijven. 10 februari gingen we naar Cape Reinga, daar komen de Tasman Sea en the Great Ocean bijelkaar samen, en dat moet een spectaculair beeld zijn. Onderweg begon het te regenen, en het werd nogal mistig. Toch maar verder, want we waren er nu, en misschien zouden we het toch wel zien. Niet dus, op het puntje land konden we niet meer dan een meter voor ons uit zien, daarna was alles wit. De zeeen hebben we dus niet kunnen zien, maar zoals ze zeggen dat het lijkt alsof dat het einde van de wereld is, dat gevoel hadden we ook wel met alleen maar een witte mist om ons heen. De weersverwachtingen waren niet veel beter, dus we gingen maar verder. De tijd om te wachten op mooi weer hadden we niet, we hadden nog een aantal kilometers af te leggen en in Auckland moesten we genoeg tijd hebben om de auto te verkopen. Wel zijn we maar in een hostel gaan slapen, want in deze regen de tent op zetten is niet zo'n pretje. We kwamen in een heel erg leuk hostel terecht in Kaitaia. De eigenaar was jaren geleden in Nederland geweest en heeft ons zijn kijk op ons landje gegeven, Leuk om te zien hoe een toerist Nederland ziet, het is wel duidelijk denk ik dat het niet alleen molens waren, wat hij van Amsterdam op de foto had staan.

In Kaitaia zijn we gaan kijken naar het wood & bonecarving wat in Nieuw Zeeland heel bekend is, en hebben we verder vooral niet veel gedaan. Het weer klaarde gelukkig vrij snel op, en dus konden we weer verder. Door een verkeerde afslag kwamen we 'per ongeluk' terecht in Kellys Bay, een slaperig maar schitterend strandplaatsje. Waarschijnlijk waren we de eerste toeristen van het jaar, maar de camping was erg tof! De douche bestond uit een hok met daarin een touw met een haak. We konden dan een emmer water buiten laten staan opwarmen (intussen was het weer heel warm dus dat kon inderdaad) en dan moesten we de emmer gewoon aan de haak hangen en eronder gaan staan. De toilet was een gat in de grond en dat waren de campingfaciliteiten. Maar ja, voor maar 6 dollar was het perfect! Vanuit het dorpje kon je met eb over het strand naar de overkant lopen, waar zich met vloed kleine strandjes vormden. Geweldig, zo'n bountyprivestrandje! Langs de zee waren zandsteenrotsen, waar we ons creatief hebben uitgeleefd, Met een schelp kon je in de rots krassen, de tekeningen kan je vast nog jaren zien.

In dit dorpje kwamen we er ook achter dat de rechtervoorband nogal dun was, en we wilden er toch maar de reserveband op zetten. Maar helaas, de reserveband lag leeg achterin (hoewel die bij aankoop goed vol was) en dus moesten we wachten tot we in een stadje waren. De weg terug over de onverharde weg was niet zo prettig met het beeld van de dunne band, maar we kamen zonder problemen in Dargaville aan, waar de reserveband gemaakt is en verwisseld. Daar hadden we weer enorm veel geluk mee, we hadden verwacht dat een nieuwe band ons veel geld ging kosten, maar met 15 dollar waren we klaar. Opgelucht gingen we verder. Zondag zijn we naar Karekare Beach gegaan. Hier is de film 'The Piano' opgenomen, en het is een zeer populair strand. Helaas, die film hebben we niet gezien dus wisten we ook niet waarvan we de ultieme toeristenfoto moesten maken, maar het was wel een erg mooi strand. Niet zo'n hagelwit strand, maar een letterlijk schitterend zwart lava strand. het glitterde gewoon. Daarna was het tijd om weer naar Auckland te gaan, de auto moest de verkoop in.

's Maandags zijn we in alle hostels en internetcafe's, oftewel de plaatsen waar backpackers komen, advertenties op gaan hangen van onze geweldig goede auto. Hier is niet zoiets als een algemene automarkt, waar je iedere dag je auto kan showen, dus het moest via deze weg. Al 's avonds werd er gebeld, er was interesse in de auto en we maakten een afspraak voor de dag erna. We moesten de auto namelijk nog helemaal schoonmaken, want zoals ie er toen uitzag wilden we hem zelf niet eens hebben. De truc werkte ook in Australie met de Ford Falcon, en dus gingen we naar zo'n autowascafe waar ze met verschillende mensen de auto van binnen en buiten grondig schoonmaken. Het is een beetje genant hoor, zo'n vieze bak daar neerzetten en dan zien hoe iedereen zijn best doet om het weer toonbaar te krijgen, maar nogmaals, het werkte in Australie, en dat zou het hier ook vast doen. De mensen die hadden gebeld kwamen helaas niet opdagen, en 's avonds herhaalde dat zich zelfs nog een keer, maar het effect was er wel. Toen we voor de tweede keer stonden te wachten op potentiele kopers kwamen er ineens van verschillende kanten andere geinteresseerden. Woensdag zou er een aantal van hen terugbellen, maar al voordat we iets van hen hoorden belden er anderen. Na inspectie door degenen zelf wilden ze de auto ook nog naar een garage brengen om te laten keuren. Tja, dat hadden wij ook gedaan, erg begrijpelijk ook, maar wij knepen hem best, want er zou vast vanalles niet goed zijn. Erg wonderlijk, de auto kwam door de test. Natuurlijk waren er genoeg reparaties te bedenken, maar de WOF (die moet de auto hebben om de straat op te mogen) was toegekend. De deal werd snel gesloten, tot onze verbazing kregen we er nu nog meer voor terug dan we in Christchurch ervoor betaalden, en dat was het autoverhaal voor ons. Super dus, dat we nu daar ons niet meer druk over hoeven te maken. We hebben zelfs nu nog dagen over hier in Nieuw Zeeland. Zaterdag willen we naar Waiheke Island gaan, een eilandje vlakbij Auckland, en daar zullen we een paar dagen blijven. Dus nog even genieten van de laatste dagen in Nieuw Zeeland, en dan 1 maart door naar Singapore.

Lees hier het reisverslag van Australie of van Azie